Twintig brandweermannen, waaronder zeven chauffeurs en vijf bevelvoerders. Eén tankautospuit en een bus voor reanimaties en het meten van gevaarlijke stoffen. Een kazerne met instructielokaal en een huiskamer voor leuke activiteiten. Dat is de vrijwillige brandweer van Voorthuizen, die al meer dan een eeuw bestaat.
Het korps is onderdeel van de Veiligheids- en Gezondheidsregio Gelderland Midden. Ploegcommandant Leendert Redert (43) werkt er al zestien jaar en noemt de brandweer ‘een virus waar je niet meer vanaf komt’.
Veel risicofactoren
Vorig jaar rukten Leendert en zijn collega’s maar liefst 143 keer uit. “Dat lijkt misschien veel, maar het is wel verklaarbaar” legt Leendert uit. “In onze regio bevinden zich nogal wat risicofactoren: natuurgebieden, industrie, recreatieparken, de snelweg A1. Dat betekent veel afwisseling. We hebben naast woningbranden te maken met natuur- en chaletbranden, verkeersongevallen en vrijgekomen giftige stoffen. Daarnaast rukken wij altijd samen met de ambulance uit bij een reanimatie.”
Niet vrijblijvend
Het mag dan vrijwillige brandweer heten, vrijblijvend is het zeker niet. Naast de daadwerkelijke inzet is er een uitgebreid trainingsprogramma. “We hebben om de twee weken een oefenavond. In anderhalf jaar tijd doorlopen we een cyclus waarin we alles oefenen wat we in ons werk tegen kunnen komen: het redden van mens en dier bij een brand, hulp bij stormschade, hulpverlening bij een verkeersongeluk, reanimatie, liftopsluiting, noem maar op.”
Gewone baan ernaast
Leendert werkt als ploegcommandant gemiddeld zo’n vijftig uur per maand en krijgt daarvoor een vergoeding. Hij heeft er, net als de andere brandweermannen, nog een baan naast. “Dat kan alleen als je werk hebt met veel vrijheid. Tachtig procent van het korps is dan ook zelfstandig ondernemer.” Zelf is Leendert vestigingsdirecteur van een garagebedrijf. “Ik kan mijn eigen tijd indelen, dat is een voorwaarde. Anders is het niet te doen. We kunnen 24/7 opgeroepen worden. Als mijn pieper nu zou gaan ben ik weg.” Er is geen werkrooster, iedereen heeft een pieper en als die afgaat is het een kwestie van zo snel mogelijk naar de kazerne gaan. Om uit te kunnen rukken moeten er zes man zijn, waaronder een chauffeur en een bevelvoerder. Zodra dat aantal compleet is, gaat de sirene aan.
Hechte groep
Het team is erg hecht. Logisch, want ze maken samen mooie, maar ook nare dingen mee. “Het is geweldig als we iemand die we gereanimeerd hebben een tijdje later gezond en wel weer op straat tegenkomen. Maar we hebben ook te dealen met zelfmoord, zware ongevallen en slachtoffers die we niet hebben kunnen redden bij een brand. Dat moet je met elkaar verwerken en dat schept een diepe band.”
Ook buiten het werk om is er contact en wordt er van alles georganiseerd. “Vandaar die huiskamer in de kazerne. We gaan zelfs één keer in de twee jaar met elkaar op vakantie. Dan gaan de partners ook mee.”
Geen zwart gat
Door de goede sfeer binnen de groep blijven veel brandweermannen lang in dienst. Ook Leendert is nog niet van plan om te stoppen. De pensioenleeftijd ligt zo rond de vijfenvijftig, al is dat geen harde grens. “Het is meer een natuurlijke grens. Het hangt er natuurlijk vanaf hoe fit iemand fysiek en mentaal nog is. Maar uiteindelijk bereik je een verzadigingspunt door alles wat je hebt meegemaakt. Wie gestopt is blijft trouwens betrokken bij het korps, er is bij ons geen zwart gat.”
Vacatures
Het opvullen van vrijgekomen plekken is nog wel een punt. Op dit moment zijn er twee vacatures. Aan welke eisen moeten toekomstige collega’s voldoen? “Allereerst moeten ze boven de achttien jaar zijn en dichtbij wonen en werken. Verder heb je voor dit werk een goede conditie nodig en moet je mentaal sterk genoeg zijn om met heftige gebeurtenissen om te gaan. Wie binnen ons korps aangenomen wordt, krijgt eerst een tweejarige opleiding en volgt daarnaast ons eigen trainingsprogramma. Tijdens de opleiding ben je bij een inzet boventallig en ga je mee als stagiaire.”
Heb je interesse in een baan bij de vrijwillige brandweer van Voorthuizen, neem dan contact op via Leendert.Redert@vggm.nl
